Wij aten vroeger altijd nasi met van die kruiden uit een zakje. Niks mis mee, want de smaak ervan is prima. Toch wilde ik graag zelf mijn nasikruiden gaan maken, omdat ik dan precies weet wat ik eet en hoeveel zout erin zit. Wat mij betreft is zout in de nasikruiden helemaal niet nodig, zeker niet als je de nasi ook nog op smaak brengt met wat ketjap. Ik maak altijd een hele voorraad, zodat ik een tijdje vooruit kan.

(2 personen)

Ingrediënten

• 400 gram Thaise wokgroenten
• 150 gram basmatirijst
• 2 eetlepel ketjap manis
• 1 eetlepel nasikruiden
• Scheut zonnebloemolie
  Nasikruiden
• 2 eetlepels komijnpoeder
• 2 eetlepels korianderpoeder
• 2 eetlepels gemberpoeder
• 2 eetlepels laos
• 1 eetlepel kurkuma

Bereidingswijze

1. Meng alle kruiden voor de nasikruiden door elkaar en bewaar in een luchtdichte pot.
2. Kook de rijst gaar volgens aanwijzingen op de verpakking. Laat een koekenpan goed warm worden en bak de groenten gaar in een scheut zonnebloemolie.
3. Meng als de groenten zacht zijn een eetlepel van de nasikruiden erdoorheen. Bak de kruiden 2 minuten mee. Giet de rijst af en roer de rijst, en wat ketjap door de groenten heen. En klaar is je nasi!
4. Eet je nasi met een eitje, wat kipsaté, atjar, uitjes en kroepoek.